TOPOS Victor de Stuersprijs 27 november 2025
Wat vinden we van de architectuur in Maastricht?
De Victor de Stuersprijs is een tweejaarlijkse Maastrichtse architectuurprijs, voor het eerst uitgereikt in 1987 en voor het laatst in 2019. Destijds lag de organisatie in handen van de gemeente. TOPOS Zuid-Limburg heeft het initiatief genomen om de prijs nieuw leven in te blazen en we zijn er trots op dat dit gelukt is.
Wie een architectuurprijs in deze stad uitreikt, stelt zich bijna vanzelf de vraag hoe het gesteld is met de architectuur in Maastricht. Zijn we tevreden over het huidige niveau? Om daar zicht op te krijgen, heb ik een korte enquête uitgezet.
Ik heb elf mensen met verschillende achtergronden twee vragen voorgelegd over de architectuur in Maastricht. Zij komen uit drie domeinen:
- opdrachtgevers, waaronder ontwikkelaars en corporaties
- architecten
- overige betrokkenen, zoals gemeente, buurtorganisaties en pers
De vragen:
Vraag 1: Hoe beoordeel je de huidige architectuur in Maastricht?
Vraag 2: Als er iets zou moeten veranderen, wat is dan je wensbeeld voor de stad?
De reacties waren zonder uitzondering boeiend en inspirerend. Voor deze gelegenheid beperk ik me tot een beknopte weergave van de belangrijkste inzichten.
DE ARCHITECTUUR OP DIT MOMENT
Maastricht wordt breed gewaardeerd om haar rijke geschiedenis en de zorg waarmee historische gebouwen worden gekoesterd. Deze waardering gaat echter hand in hand met een zekere behoudendheid. De hedendaagse architectuur is vaak voorzichtig, sterk gericht op inpassing in het bestaande. Dat levert kwaliteit en samenhang op, maar ook weinig vernieuwing. Eigengereide architectuur is vooral op kleine schaal mogelijk. De stad mist frisse impulsen en zou meer ruimte moeten geven aan eigentijdse, uitgesproken architectuur om spanningsrijkere stedelijke omgevingen te creëren.
Over de rol van betrokken partijen lopen de meningen uiteen. De scherpste kritiek op architecten is dat zij te vaak functioneren als kritiekloze vertalers van het verdienmodel van de opdrachtgever, die hen opzadelt met een overladen programma. Vanuit een andere hoek wordt juist benadrukt dat maatschappelijke opgaven nu leidend zijn: energietransitie, duurzaamheid, circulariteit, klimaatadaptatie, biodiversiteit en participatie. Dat vraagt om een andere rol van de architect, minder solist en meer verbinder.
Bij de gemeente, vooral bij stedenbouw en welstand, wordt een gebrek aan ruimte ervaren voor vrijere architectuur. Er klinkt een duidelijke oproep voor sterkere kaderstelling en regie. In één reactie wordt zelfs gesproken van “projectontwikkelingsstedenbouw”, al worden ook positieve uitzonderingen genoemd, zoals De Groene Loper, Landbouwbelang, Blauw Dorp en Plan Limmel aan de Maas.
De rol van opdrachtgevers is cruciaal. Zijn zij in staat de ontwerpers uit te dagen. De kwaliteit van de opdracht bepaalt immers de kwaliteit van het ontwerp. Er zijn goede voorbeelden, zoals architectuurbeleid dat onderdeel is van het aanbestedingsproces, zoals bij De Groene Loper, destijds bekend als het “Maastrichtse Model”.
WENSBEELD ARCHITECTUUR
Maastricht moet naast haar verleden ook haar toekomst bouwen. Dat betekent dat we durven werken aan de monumenten van morgen, met duurzame, circulaire en vernieuwende architectuur. Met ontwerpen die lef tonen, die moderne vormentaal, hergebruikte materialen en natuurlijke grondstoffen combineren tot een nieuwe laag in het stedelijk verhaal.
Om dat te bereiken moet er meer ruimte komen voor eigentijdse architectuur die de stad verdiept in plaats van overschaduwt. Daarvoor is een duidelijke architectuurvisie nodig, het stimuleren van ontwerpambitie, bijvoorbeeld via ontwerpwedstrijden, en investeringen in spraakmakende, experimentele projecten zoals we die in Luik zien.
Een interessante suggestie is het starten van een fris, creatief proces onder leiding van de stad, waarin samen met jonge ontwerpers en toonaangevende bureaus een nieuwe richting voor Maastricht wordt verkend. Denk aan Mecanoo, West 8, Steven Delva en Orange Architects.
Een hartenkreet richting gemeente: neem de regie! De gemeente heeft een sleutelrol in het stellen van kaders en het bevorderen van kwaliteit, met de gezonde en leefbare stad als richtpunt. Daarnaast moet er meer aandacht zijn voor de kwaliteit van het opdrachtgeverschap. Het verdienmodel van ontwikkelaars zou minder dominant mogen zijn, zodat de leefomgeving daadwerkelijk versterkt wordt.
Opvallend vaak wordt gepleit voor de vroegtijdige inbreng van bewoners en maatschappelijke organisaties. Als mede-eigenaren van de stad beschikken zij over waardevolle kennis en betrokkenheid.
Tot slot is er aandacht voor jonge architecten. Voor hen is het momenteel lastig een bureau op te bouwen. Toegang tot aanbestedingen zou voor hen vergemakkelijkt moeten worden. Stichting Mevrouw Meijer laat zien dat het inzetten van jonge architecten, bijvoorbeeld bij scholenbouw, uitstekende resultaten oplevert.
AFSLUITING
Deze mini-enquête geeft een inspirerende inkijk in de uiteenlopende visies op de kwaliteit van onze architectuur en de mogelijke verbeteringen. Het is geen representatief onderzoek, maar dat was ook niet de bedoeling. Het biedt genoeg stof om verder te bespreken. En dat gaan we dan ook doen. TOPOS is van plan om de eerste bijeenkomst van komend jaar (2026) aan dit thema te wijden.